Onderwijs wordt vergeten bij Open Access

Nieuws | de redactie
5 juli 2016 | Open Access was een speerpunt in het wetenschapsbeleid van het Nederlands voorzitterschap van de EU. Opvallend genoeg krijgt het opleiden van wetenschappers van de toekomst daarbij nauwelijks aandacht. Wat betekent Open Access voor het onderwijs, vragen twee UU-studenten zich af.

Hieronder leest u het opinieartikel van Lisa Adriaansen en Susanne Boers.

“Momenteel woedt een hevig debat in de wetenschap. Zo wil de Open Access-beweging dat al het wetenschappelijk onderzoek beschikbaar komt voor iedereen, veel artikelen zijn nu alleen tegen betaling verkrijgbaar. Naast toegankelijkheid staan ook de kwaliteit en relevantie van wetenschappelijk onderzoek ter discussie.

Groeit exponentieel

Het aantal gepubliceerde artikelen groeit weliswaar exponentieel, maar de onderzoeksvragen zijn lang niet altijd relevant, de opzet van het onderzoek is lang niet altijd betrouwbaar, de resultaten zijn dikwijls niet te reproduceren en buiten de eigen wetenschappelijke sector hoeft maar weinig verantwoording afgelegd te worden. Publiceren lijkt een doel op zich geworden en kwantiteit gaat boven kwaliteit. Het delen van kennis – waar academisch onderzoek ooit om draaide – is daarbij van ondergeschikt belang geworden.

In Nederland is hierover inmiddels een behoorlijk debat op gang gekomen, mede aangewakkerd door Science in Transition. Een beweging die bijvoorbeeld vindt dat belanghebbenden zouden moeten meebeslissen over welk onderzoek er gedaan wordt en dat maatschappelijk relevant onderzoek meer gewaardeerd moet worden. Maar opvallend genoeg is in dit debat nauwelijks aandacht voor de rol van de (universitaire) student en onderwijs. Er wordt gediscussieerd over het huidige systeem, over de positie van reeds gevestigde onderzoekers en over promovendi. Maar niet over studenten.

Wat cursusjes ethiek

Terwijl universitaire opleidingen cruciale plekken zijn om de wetenschap te veranderen. Als Open Science ergens moet beginnen, dan is het daar. Maar momenteel is er weinig ruimte voor reflectie in het onderwijs. Er is ruimte voor het doen van onderzoek in de vorm van stages en het opdoen van kennis in de vorm van het lezen van artikelen. Daarnaast worden er hier en daar wat cursusjes ethiek en integriteit gegeven. De resultaten van het onderzoek moeten, het liefste, leiden tot een artikel in een tijdschrift met een hoge impact factor.

Dat kan beter, vinden wij. In de curricula moet er veel explicieter aandacht komen voor goede wetenschap. Docenten en studenten moeten nieuwe, andere vragen stellen. Zij moeten zich samen meer en vaker afvragen waarom het onderzoek gedaan wordt en wat de maatschappelijke relevantie is. Hoe kom je op je onderzoeksvraag? Wat is de meerwaarde?

Het UMC heeft een voortrekkersrol

In het UMC Utrecht en op de faculteit Geneeskunde van de Universiteit Utrecht is deze discussie gaande. Wetenschappers en docenten reflecteren op de wetenschap, de politiek en de belangen hiervan, publiceren en de perverse prikkels in het onderzoek. Het UMC Utrecht heeft hier een voortrekkersrol, doordat er bijvoorbeeld nieuwe impact indicatoren voor onderzoek worden geformuleerd en er prominente aandacht is voor maatschappelijke belanghebbenden bij de evaluatie van de wetenschappelijke resultaten.

Op de Utrechtse faculteit geneeskunde zijn wij, studenten van verschillende opleidingen, de discussie begonnen over het belang van onderwijs. Wij willen dat er aandacht komt voor jonge wetenschappers. Zij moeten onderwezen worden in hoe de wetenschap werkt én hoe de wetenschap samenwerkt met politiek en maatschappij. Studenten moeten in contact staan met de gebruikers van onderzoeksresultaten en zullen in interdisciplinaire teams langdurige onderzoeksprojecten moeten leren doen.

Wat vraag je als student?

De eerste ideeën zijn al gepresenteerd: bijvoorbeeld een communicatieles met de hoogleraar of universitair docent. Wat vraag je als student? Hoe weet je dat er aandacht is voor ontwikkeling tot een goede wetenschapper?

Het academische onderwijs moet in de discussies over goed onderzoek niet vergeten worden. Toekomstige wetenschappers moeten worden voorbereid op de onderzoekswereld van morgen. Dat is goed voor de toekomst van de wetenschap, de maatschappij en niet te vergeten de ontwikkeling van onze toekomstige onderzoekers.”

Lisa Adriaansen is student biomedische wetenschappen op UMC Utrecht & studentassessor en Susanne Boers is student geneeskunde op UMC Utrecht & voorzitter van de Onderwijs- en Onderzoeksraad


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK