Creatief talent verjaagd uit HO

Nieuws | de redactie
6 mei 2015 | De creatieve industrie slaat alarm. Uniformistische regelgeving voor het HO dreigt juist toptalent uit die sector, dat als praktijkdocent en onderzoeker in HBO en WO optreedt, te bestraffen. “Zij brengen relevante kennis uit de praktijk over aan studenten en brengen daarmee bovendien het plezier in ondernemerschap over.”

Hiermee zouden kabinet en Kamer de input vanuit de beroepspraktijk in nog veel meer sectoren stevig kunnen benadelen. En dat is opmerkelijk  want onder meer vanuit de topsectoren – zoals ook de creatieve industrie – als het Techniekpact wil het beleid juist die input veel meer ruimte geven en bestendigen, ook in ‘triple helix’ verband.

In een brief aan de Kamer waarschuwt de creatieve industrie daarom, dat “wanneer de interpretatie van de Belastingdienst van de gezagsverhouding tussen onderwijsinstelling en praktijkdocent leidt tot het verplicht aangaan van een arbeidsovereenkomst, een deel van deze belangrijke groep docenten voor het creatieve onderwijs verloren [zal] gaan. In de creatieve disciplines zijn leerkrachten uit de creatieve beroepspraktijk – gerenommeerde creatieve ondernemers, specialisten op een bepaald gebied en aanstormende talenten – essentieel voor de kwaliteit van het onderwijs én de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. Er zijn momenteel veel creatieve ondernemers, ontwerpers, architecten, muzikanten, film, game- en reclamemakers, verbonden aan een hogeschool of universiteit. Zij brengen relevante kennis uit de praktijk over aan studenten en brengen daarmee bovendien het plezier in ondernemerschap over.”

Hybride beroepspraktijk

De sector onderstreept daarbij in een toelichting: “Om creatief talent te blijven uitdagen en de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt te verbeteren spelen deze praktijkdocenten een belangrijke rol. En dragen zij bij aan de ambitie van de topsector creatieve industrie om tot de internationale top te blijven behoren.”

De realiteit van de hybride professie in dit deel van het bedrijfsleven – en daar zeker niet alleen – is, dat creatieve ondernemers en zelfstandigen “vanwege de extra administratieve lastendruk die dit oplevert, vaak helemaal niet op zoek zijn naar een tijdelijk of vast contract bij een kennisinstelling. Bovendien werken ze niet zelden voor meerdere instellingen.”

Men schrijft de Kamer daar ook dit over: “Gerenommeerde creatieve ondernemers geven colleges van soms een uur, soms in een semester, soms in een langduriger afspraak van een halve dag per week gedurende een jaar. Zij worden vaak op meerdere plekken gevraagd en hechten er om praktische redenen aan dit te kunnen doen vanuit hun onderneming en hiervoor te kunnen factureren. Het bij meerdere plekken aangaan van een (tijdelijke) arbeidsovereenkomst zou leiden tot onnodige administratieve rompslomp.”

“Wij verzoeken u de ondernemers die ook voor de klas staan de mogelijkheid te blijven geven om – binnen de richtlijnen van de kennisinstellingen hiervoor – te factureren voor hun onderwijsinspanningen, zonder hen en creatieve kennisinstellingen te confronteren met onnodige regeldruk.”

Dat zijn toch geen criminelen?

Ook de Vereniging Hogescholen had al zijn zorgen laten horen. Thom de Graaf schreef onder meer, dat “het – op zich constructieve – overleg met de Belastingdienst over de condities waaronder een vakspecialist als zzp’ers op een hogeschool mag werken, nog niet tot consensus [heeft] geleid. Dat heeft tot gevolg dat veel hogescholen niet weten waar zij aan toe zijn voor wat betreft het aangaan van afspraken met vakspecialisten, die als zzp’er aan een hogeschool zijn of worden verbonden.” Hij voegde toe dat hij dan ook “een dringend beroep doet op de politiek om te bewerkstelligen dat de wet- en regelgeving op zo kort mogelijke termijn zodanig wordt aangepast dat de ‘echte’ zzp’er behouden blijft voor het hbo.”

Bij zijn afscheid bij Inholland was De Graafs voorganger Doekle Terpstra nog explicieter. “Dat opjagen van de ZZP’ers dat is flauwekul. ‘Het is het najagen van wind’, om het eens Bijbels te zeggen. Zoiets moet je als kabinet toch niet willen? Ze betuttelen mensen en maatschappelijke partijen die creatief en in zelfregie iets willen presteren.”

“Die ZZP’ers uit de praktijk, in de kunsten en in hogescholen dat zijn toch geen criminelen? De HBO-opleidingen zijn toch geen criminelen? Het is de opbrengst van de emancipatie en flexibiliteit van kennis in de economie dat deze mensen zo hun boterham kunnen verdienen. Ten principale moet je zo’n heksenjacht niet willen.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK