Spoorbedrijf winnaar van leenstelsel

Nieuws | de redactie
3 juni 2014 | De grootste winnaar van de studievoorschot deal bleef heel stil. Maar toen schoot toch even een jubel los bij ‘het spoor’. Maar is dat te vroeg gejuicht? De cijfers en plannen bevatten nog een majeur gat. ‘De beter-benutten-strategie’ met HO-colleges na de spits gaat vastlopen als blaadjes op de rails.

NS en ProRail rekenden al nergens meer mee. De OV-kaart ging gesloopt worden en alleen uitstel zou nog kunnen werken. Acties van de studentenbonden werden steels flink gesteund om OCW te dwarsbomen. Niettemin bleven VVD en D66 negatief: geld moest naar kwaliteit, niet naar subsidies voor vervoer.

GroenLinks-leider Bram van Ojik lette beter op. Hij voelde de machteloosheid van Rutte-II goed aan, toen de SF-hervorming zelfs van gedoogpartners niet genoeg steun kreeg. Zijn eisen stopten de NS miljarden toe die het spoor zelf al had opgegeven. De OV-kaart moest blijven en wordt nu zelfs uitgebreid.

Vrees voor fikse terugloop

Het spoorbedrijf gaf geen kik, want je weet maar nooit wat op de valreep in het Haagse bij zo’n kabinet zonder meerderheid er uiteindelijk uitkomt. Men won zo uiteindelijk €850 mln, meer dus dan HBO en WO samen kunnen verwachten als investeringen uit de opbrengsten van het leenstelsel, nu ‘het studievoorschot’ geheten. Dat was geld waar Alexander Pechtold van had gezegd dat hij er niet voor zou strijden.

Tegen studenten in Tilburg zei de D66-leider: “Alle aanpassingen die je nu [in de OV-kaart] doet, besparen nauwelijks geld.” Die voorziening ging er dan ook onvermijdelijk aan. “Op den duur vraag ik me af of de OV-kaart in de huidige vorm te handhaven is.” Aan “verdere versobering” was sowieso al niet te ontkomen. De €800 miljoen voor de subsidie aan de NS stak Pechtold liever in iets dat echt hielp. “Als ik in tijden van crisis honderden miljoenen moet neerzetten of in inkomens politiek of in kwaliteit van het onderwijs, dan kies ik toch echt voor het laatste.”

Het spoorbedrijf liet na het sluiten van de deal van kabinet met D66 en GroenLinks dan ook – ondanks pogingen tot weloverwogen stilte – heel even een triomfkreet klinken. Het studievoorschot is “goed nieuws voor de spoorsector” aldus hun ‘spoorpro/materieel’ site. Waarom? Omdat zij bij de plannen van Rutte II “voor fikse terugloop in reizigers en inkomsten vreesden.” In plaats daarvan kan men nu nog jaren rekenen op fikse inkomsten en zelfs een extra, nieuwe doelgroep van bijna 200.000 jongeren waarvan het reizen wordt gesubsidieerd door OCW. Goed nieuws is kortom een eufemisme.

Dat geld is er gewoon niet

Die eerdere vrees was beslist gegrond, als men de liberalen destijds hoorde. De VVD liet ondubbelzinnig weten, dat de OV-kaart een subsidie was voor “de bedrijfsvoering” van de NS en een besteding van geld die weinig betekende voor de kwaliteit van het HBO en WO. Een nieuw contract zou een miljard per jaar gaan kosten en “dat geld is er gewoon niet,” onderstreepte Pieter Duisenberg nadrukkelijk. “En als het er wel was, zou dat veel beter in de kwaliteit van HBO en WO gestoken kunnen worden dan in de bedrijfsvoering van de NS uit onderwijsgeld.”

De twee liberale partijen zijn hier volledig afgetroefd door GroenLinks. Ruim €700 mln, – en na 2020 € 850 mln – gaat jaarlijks naar het OV-bedrijf en niet naar HBO en WO en hun onderwijs en onderzoek. ‘Adding insult to injury’ zal de feitelijke, netto investering in hun kwaliteit scherp afsteken tegen de meevaller voor het spoor. Terwijl daar eerst €750 mln en vervolgens €850 mln jaarlijks binnenkomt, levert het leenstelsel de hogescholen en universiteiten een impuls op van achtereenvolgens per jaar €25 mln, €5 mln en €40 mln. Spekkoper van het studievoorschot is al met al het spoorbedrijf, dat “een flinke terugloop in inkomsten” vreesde. Maar dat was nog niet alles.

Beter benutten

De OV-kaart gaat naar veel meer rechthebbenden “uitgebreid met 160.000 minderjarige mbo-studenten”, onderstreept de website van het spoorbedrijf. Daar is geen geld voor gereserveerd. Het kabinet zoekt daarom  nog wel naar €200 mln, binnen het studievoorschot, om dit te dekken.

Dat zou kunnen door de OV-kaart de facto toch niet te handhaven, maar beperkt geldig te maken voor HBO en WO studenten. Een taskforce van alle belanghebbende partijen gaat hiermee aan de slag, vooral om hogescholen en universiteiten te dwingen hun collegezalen en personeel pas later in de ochtend, na de spits te gebruiken.

Het spoorbedrijf meldt dit kil en afstandelijk. “Wel wil het kabinet er met een ‘beter-benutten-strategie’ voor [zorgen dat, sic redactie] studenten niet allemaal tegelijkertijd gaan reizen.” Veel succes daarmee, klinkt onverholen door in deze formulering.

Lukt dit niet, dan heeft OCW een majeur probleem. De OV-kaart voor de MBO’ers en het HO wordt dan onhaalbaar. Omdat grote delen van de studie al lang niet meer in collegezalen later op de ochtend, maar dicht bij de praktijk in het onderzoek, bedrijven en professies plaats vinden, is zo’n ingeperkte OV-kaart bovendien meteen schadelijk voor de kwaliteit en de toegankelijkheid van studies. De betrokken stageverleners, projectpartners en co-schappen zullen hun werk en organisatie echt niet gaan aanpassen aan de budget-problemen bij de OV-kaart en van de student. Zij verwachten dat stagairs en studenten volledig en intensief meedraaien in de praktijk.

Nodeloos geld stoppen

Collegevoorzitters van complexe HO-instellingen met veel praktijkverbindingen voelen daarom direct al niets voor de  ‘beter-benutten-strategie’. Doekle Terpstra van Inholland reageerde meteen al afwijzend. Van buiten de Randstad vernam ScienceGuide ook al ernstige signalen: daar is de spreiding van opleidingen sterk afhankelijk van het regionale OV-netwerk en met de nieuwe OV-kaart zal men het gevarieerde aanbod van HO-opleidingen niet overeind kunnen houden.

Lid van de commissie Veerman, collegevoorzitter Ron Bormans van de Hogeschool Rotterdam, zet voor zijn collega’s nadrukkelijk de toon. Hij herinnert zich daarbij ook nog “mijn tijd als directeur Studiefinanciering” op OCW. Hij recenseert het studievoorschot puntig. Wat nu wordt gedaan “voor de relatief lagere inkomens” is mooi, maar “alleen te weinig.” In de kern is  “de zorg voor de toegankelijkheid bepaald niet weggenomen.”

Het behoud van de OV-kaart noemt Bormans ronduit “jammer” in deze vorm. “We stoppen nodeloos onderwijsgeld in het spoor,” want studenten hebben “als je sec kijkt naar kilometers in het kader van de studie” weinig aan dat vele publieke geld voor de NS.

Smullen

Bormans wordt bijna satirisch als hij het akkoord van de coalitie en gedogers “sowieso smullen“ noemt “voor mensen met gevoel voor taal.” Schuld heet nu voorschot en studenten “de spits uit jagen” heet ineens “beter-benutten-strategie,” monkelt hij. Daar gaat Rotterdam niet aan mee doen, kondigt hij nu vast aan. Als inhoudt “dat we de eerste twee uur dan wel de laatste twee uur van het rooster zullen moeten schrappen” is dit een ingreep in curricula en kwaliteit die Bormans niet wil meedragen. In zo’opzet “zullen [we] niet meewerken aan een ‘beter-benutten-strategie’ van de OV-kaart.”

De taskforce van OCW zal dan ook met iets creatievers over de brug moeten komen – en dus met andere inperkingen van het ‘reisrecht’ – wil men de nieuwe OV-kaart binnen die lijnen van een budget van €750 mln houden. D66 en VVD wilden al dat geld al niet spenderen voor de “inkomenssubsidie” en “bedrijfsvoering van de NS.” Zo’n stremming op het spoor kan er zo weleens voor zorgen dat deze trein het station niet zal kunnen verlaten.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK